Tafelgesprekken voor denkers

Inleiding

1. Wat is dit voor cursus?

Tafelgesprekken voor denkers - Open leven is een cursus om mensen op een praktische manier de weg van Jezus te laten ervaren. Op deze website vind je de handleidingen. Van het bijbehorende boek Open leven kun je hier een leesfragment vinden. Het is te bestellen in onze webwinkel.

De cursus bestaat uit acht avonden. Op de eerste avond worden de inleiding op het boek en hoofdstuk 1 behandeld. Op de avonden daarna komen de volgende zes hoofdstukken aan bod. Op de laatste avond wordt aan de hand van de uitleiding van het boek besproken hoe men verder wil richting de toekomst.

2. Voor wie is deze cursus geschreven?

Allereerst is deze cursus voor mensen die niet bekend zijn met de weg van Jezus. Als ze helemaal onbekend zijn met het christelijk geloof zal het hen helpen om eerst de andere cursus te volgen: Tafelgesprekken voor denkers – Hoopvol leven. Deze cursus geeft hen een betere introductie van Jezus en de grote thema’s van het christelijk geloof. De huidige cursus bouwt daarop verder en richt zich vooral op de dagelijkse praktijk van het gaan van de weg van Jezus. Voor deze cursus is het belangrijk dat de deelnemers mensen zijn die een nadere kennismaking met de weg van Jezus willen uitproberen door kleine experimenten met ‘vertrouwen’, ‘vreugde’, ‘hoop’, etc. Een christelijke gemeente kan mensen die niet bekend zijn met de weg van Jezus uitnodigen om deze cursus te volgen en de leiding toevertrouwen aan twee mensen die de christelijke weg van binnenuit kennen, affiniteit hebben met hoogopgeleide mensen, en een verlangen hebben om mensen en groepen geestelijk te begeleiden.

Ten tweede is deze cursus voor mensen die vastgelopen zijn in de christelijke kerk of hun geloof. Daar kunnen verschillende redenen voor zijn. Een reden kan zijn dat de manier waarop in de kerk over het christelijk geloof wordt gesproken niet meer zo goed aansluit bij de meer postmoderne cultuur waarin mensen zich vandaag bewegen. De cursus Open leven zoekt (net als de eerste cursus: Hoopvol leven) bewust aansluiting bij het postmoderne levensgevoel en de zogenaamde authenticiteitscultuur. Je zou kunnen zeggen dat het christelijk geloof in deze cursus een postmodern jasje draagt. Dat kan (voormalige) kerkmensen helpen om opnieuw te ontdekken hoe mooi en uitdagend de weg van Jezus is.

Ten derde is deze cursus voor christenen die geraakt zijn door de boodschap over Jezus, maar die het lastig vinden om met hun collega’s of vrienden open en onbevangen over Jezus en zijn weg te spreken. De cursus Open leven reikt nieuwe taal aan om te spreken over je ervaring op de weg van Jezus. Deze cursus reikt daarvoor zeven woorden aan: vertrouwen, vreugde, hoop, commitment, vrijgevigheid, verzoening en alertheid. Het zijn zeven aspecten van liefde zoals zichtbaar in Jezus’ leven. Stel nu dat het waar is dat Jezus ook vandaag de dag dit soort liefde kan laten groeien in groepen mensen die zijn weg zoeken te gaan. Zie je wat dit kan betekenen voor deze wereld? Denk aan het bedrijf waar je werkt of de opleiding waar je studeert. Denk aan je buurt en de stad of het dorp waar je woont. Denk ook aan de grotere wereld met alle problemen van dien. Welke plek zou niet geholpen worden als er meer mensen aanwezig zijn die leven vanuit vertrouwen, vreugde, hoop, commitment, vrijgevigheid, verzoening en alertheid? Of anders gezegd: hoeveel problemen ontstaan niet doordat mensen vervuld zijn van wantrouwen, ondankbaarheid, wanhoop, gerichtheid op eigen comfort in plaats van op een groter doel, zich zorgen makend en altijd meer willen, cynisch en verbitterd zijn over wat anderen hen aandoen maar blind voor hun eigen bijdrage aan conflicten, overmoedig of apathisch zijn? Deze cursus helpt je dus om over het effect van Jezus op je leven te praten.

De deelnemers aan de cursus hebben het boek Open leven nodig dat je kunt bestellen in onze webwinkel. Voor de cursusleiders zijn alle handleidingen op deze site te downloaden. Daarvoor heb je wel een abonnement nodig met minimaal 8 credits.

In deze cursushandleiding ga ik ervan uit dat jij een cursus wilt leiden voor één van de groepen hierboven. Hieronder volgen een aantal tips.

3. Leiderschap

Het is aan te bevelen om de groep met twee mensen te leiden. Dan kan in het begin van de avond één de gespreksleiding op zich nemen en de andere inhoudelijk meepraten. In de tweede helft van de avond kan je om en om een praktische oefening leiden. Bovendien kan je achteraf even met elkaar napraten en zo elkaar scherp houden.

De rol van de gespreksleider is belangrijk. Er kunnen deelnemers zijn die heel veel praten en anderen die nauwelijks aan het woord komen. Als gespreksleider kan je op een heel natuurlijke manier hier wat sturing aan geven, door je naar een wat stillere deelnemer te keren en te zeggen: ‘Ik ben benieuwd wat jij hier van denkt’.

Het is ook de rol van de gespreksleider om het onderlinge respect te bewaken. Aan het begin van de eerste avond is het belangrijk om te benadrukken dat elke mening en overtuiging welkom is. Je mag zeggen wat je echt denkt. De enige voorwaarde is dat er onderling met respect gesproken en geluisterd wordt. De gespreksleider let ook op ‘kwetsbaarheid’. Als je goed naar mensen luistert merk je soms dat ze iets vertellen dat vanuit een diepe en soms kwetsbare plek komt. Niet iedereen in de groep zal hiervoor een goede antenne hebben en soms kan het gebeuren dat iemand anders het gesprek op zo’n moment naar zich toe wil trekken. De gespreksleider kan dan iets zeggen in de trant van… “vind je het goed dat we daar straks even op terug komen? Ik zou het namelijk fijn vinden als we nog even ruimte kunnen geven aan het verhaal van…”. Als gespreksleider is het belangrijk dat je nooit emotionele druk uitoefent om mensen meer te laten vertellen dan ze willen. Maar je kan wel een vraag stellen die mensen uitnodigt iets meer van zichzelf te laten zien.

De andere leider kan meer inhoudelijk meepraten. Bij de cursus Open leven is de rol van deze tweede leider iets anders dan bij de cursus Hoopvol leven. Natuurlijk kan er ook bij de cursus Open leven soms een gesprek ontstaan over de inhoud van het christelijk geloof. Het kan bijvoorbeeld dat de uitleg over Jezus’ leven of de kaderteksten in het boek aanleiding geven tot gesprek op de avond. Maar over het algemeen heeft de tweede gespreksleider in samenspel met de eerste leider meer de rol van een geestelijk begeleider. Als ik een definitie van geestelijke begeleiding zou moeten geven, dan zou ik zeggen: Geestelijke begeleiding houdt in dat we onszelf en anderen bewust maken van de voortdurende liefdevolle aanwezigheid van God, die ons leidt tot een diepe verandering (transformatie), waardoor wij ons geheel gaan overgeven aan zijn wil en op die manier deelgenoot worden van zijn leven en zijn missie. Als je een groep leidt vanuit de rol van een geestelijk begeleider houdt dat dus het volgende in:

  • Wees je ervan bewust dat Gods Geest al met mensen bezig is. Jij hoeft mensen niet te overtuigen of hen speciale ervaringen te geven. Dat kan je ook helemaal niet. Vertrouw op Gods liefdevolle aanwezigheid in het leven van alle deelnemers en wees zelf ook liefdevol aanwezig.
  • Gods Geest leidt ons tot een diepe verandering (transformatie). Dat betekent dat we leren aandacht geven aan de punten waar we beweging zien. Waar worden mensen geraakt en bemoedigd? Waar worden ze overtuigd dat ze nieuwe stappen moeten zetten en nieuwe richtingen moeten kiezen?
  • De Geest van God beweegt mensen om deelgenoot te worden in Gods leven van liefde en dus in beweging te komen ter wille van anderen (missie). Richt je aandacht als geestelijk begeleider daarom niet alleen op speciale ervaringen die mensen wel of niet hebben, maar juist ook op manieren waarop mensen daadwerkelijk liefdevolle gewoonten kunnen opbouwen.  

In de verdieping bij het hoofdstuk over vertrouwen geef ik je een inleiding over geestelijke begeleiding. Mocht je wat meer willen leren over geestelijke begeleiding in groepen dan zou je het boek van Alice Fryling kunnen raadplegen: Seeking God Together: An Introduction to Group Spiritual Direction (Downers Grove: InterVarsity Press, 2009). Laat je echter vooral niet ontmoedigen als je niet zo veel ervaring hebt met deze benadering van geestelijke begeleiding. Als je van mensen houdt en overtuigd bent dat Gods Geest zelf in het leven van mensen aan het werk is dan heb je de ‘basisgevoeligheid’ die je nodig hebt. Gewoon beginnen en ervaring opdoen in het leiden van dit soort groepen is de beste manier om erin te groeien.

Wat ook belangrijk is voor beide leiders is dat je bereid bent om iets van je persoonlijke ervaring op de weg van Jezus te delen. Zoals je in de inleiding van Open leven kunt lezen heb ik ervoor gekozen om geen ervaringsverhalen in het boek op te nemen (p.20). Het is daarom des te belangrijker dat je zelf iets durft te vertellen over je eigen ervaring op de weg van Jezus. Het gaat dan niet per se om spectaculaire ervaringen (hoewel die soms ook gebeuren) maar veel meer om de vormende praktijk. Misschien kan je voorafgaand aan elke avond even de tijd nemen om te reflecteren op je eigen ervaring in het licht van het thema van het hoofdstuk. Ik vermoed dat er dan meer bovenkomt dan je in eerste instantie zou denken.

4. Groepsgrootte

Groepen tussen 4-8 deelnemers (dus 6-10 inclusief leiderschap) werken het best voor deze gespreksgroepen. Als je minder dan 4 deelnemers hebt krijg je een wat scheve verhouding (bijvoorbeeld 3 deelnemers en 2 leiders). Als je boven de 8 deelnemers komt wordt het moeilijk om er voor te zorgen dat iedereen kan meepraten en dat het persoonlijk genoeg blijft.

5. De maaltijd

De avond begint bij voorkeur met een gemeenschappelijke maaltijd. Niet voor niets heet deze cursus ‘Tafelgesprekken’. Als je met elkaar eet heb je tijd om naar alledaagse verhalen te luisteren en elkaar op een andere manier te leren kennen. Check vooraf even dieetwensen (bijvoorbeeld vegetarisch of halal) en maak er een ontspannen moment van.

Bovendien is het voor veel mensen ook een praktische oplossing. Je kan bijvoorbeeld om 18:30 beginnen met een maaltijd en dan hoeven mensen niet eerst naar huis om zelf te eten. Ze kunnen dan direct uit hun werk of studie naar de Tafelgesprekken komen. Als je dan om 19:30 met de gesprekken begint, kan je de avond rond 21:30 afronden, wat weer praktisch is voor hen die de volgende dag vroeg op moeten.

Het is leuk om tijdens het eten over alledaagse dingen door te spreken: hoe was het op je werk? Wat studeer je? Heb je hobby’s? Vaak gaan die gesprekken vrij natuurlijk, zeker ook als de groep elkaar wat leert kennen.

Het is natuurlijk geweldig als jij (of mensen in je omgeving) voor 7 avonden willen koken. Maar als dat niet lukt kan je het ook anders oplossen. Wij hebben regelmatig deelnemers gehad die het wel leuk vonden om één avond voor het eten te zorgen. Sommigen van hen kookten zelf, anderen haalden Chinees of Indisch of Pizza (we verdeelden de kosten of de kerk betaalde). Met deze oplossing missen de deelnemers natuurlijk het fijne gevoel om 7 geheel verzorgde avonden te hebben, maar aan de andere kant vinden mensen het ook vaak fijn als ze zelf een bijdrage kunnen doen. Het gaf altijd een sterk ‘wij’ gevoel in de groep, en het was altijd een verrassing wat voor eten er op tafel zou staan.

Probeer aandacht te geven aan de ruimte waarin je samen eet. Een paar kaarsjes en wat achtergrondmuziek helpen mensen om zich te ontspannen.

6. De avond

Na de maaltijd zijn er drie hoofdonderdelen voor de avond: onderling gesprek (1 uur), gezamenlijk oefenen (45 minuten), bespreken van de uitdaging die je aan wilt gaan (10-15 minuten). Als mensen nog niet zoveel ervaring hebben met het christelijk geloof zou je de eerste avonden wat meer tijd voor gesprek kunnen nemen en aan het einde 20 minuten oefenen. Als de groep (na een paar avonden) zich wat meer comfortabel begint te voelen, kan je wat langere oefentijd nemen.

  1. Onderling gesprek

Om tot een goed gesprek te komen is het raadzaam om eerst een korte samenvatting te geven. We vragen de deelnemers altijd om voorafgaand aan de avond het hoofdstuk te lezen. Maar soms is het voor hen al een aantal dagen geleden dat ze het hoofdstuk gelezen hebben en een samenvatting kan hen helpen om de inhoud weer vers in het geheugen te hebben. Je kan zo’n samenvatting op een flap-over zetten of op een A4-tje. De hoofdstukken in het boek bespreken allemaal eerst de kern van de ‘kamer’ van het gebed van Jezus. Dan is er een uitleg over hoe Jezus in die ‘kamer’ leefde, vervolgens een praktische handreiking over hoe je vanuit deze ‘kamer’ kan leren bidden in je leven, en het sluit af met hoe je vanuit deze ‘kamer’ dagelijks kunt leven. Bovendien zit er in elk hoofdstuk een kadertekst die ingaat op een bepaald thema. Als je per onderdeel de hoofdgedachten benoemt, helpt het mensen om de grote lijn vast te houden. Het maken van zo’n samenvatting helpt ook jou als leider in de voorbereiding op de avond.

Na de samenvatting kan je de thema’s inventariseren waarover men in gesprek wil. Het is altijd leuk om een kort rondje te doen om even de reacties op het hoofdstuk te peilen. Bijvoorbeeld via de volgende vragen:

  • Wat sprak je aan in het hoofdstuk dat je gelezen hebt?
  • Wat sprak je minder aan of waar heb je moeite mee?

Het leuke van dit rondje is dat je direct aanvoelt waar mensen enthousiast over zijn en waar weerstanden zitten. Het is belangrijk om de eerste vraag niet over te slaan. Het laat zien waar mensen geraakt worden. Na dit eerste rondje stelde ik vaak de vraag waar men die avond over door wilde praten. Niet iedereen vindt het eenvoudig om na het lezen van een hoofdstuk zelf goede vragen te verzinnen. Daarom stuurden wij de gespreksvragen (uit deze handleiding) altijd voorafgaand aan de avond via de email toe (behalve bij de eerste avond). Mensen kwamen dan op de avond en zeiden bijvoorbeeld: vraag 4 vind ik een hele leuke vraag om over door te praten. Maar deze gespreksvragen zijn geen wet van Meden en Perzen. Als mensen andersoortige vragen hebben gaan we het daarover hebben. De vragen van deelnemers staan op de avond centraal.

  1. Gezamenlijk oefenen

Het is leuk en belangrijk om tijd te nemen voor de gebedsoefeningen. In deze handleiding worden meer oefeningen beschreven dan in het boek staan. Je kan vooraf zelf een aantal oefeningen kiezen, of je kan de groep vragen de voor hen meest aansprekende oefeningen te kiezen, bijvoorbeeld door de oefeningen uit deze handleiding op een A-4tje te zetten of ze per whatsapp aan de deelnemers te laten lezen. Neem na de oefeningen nog even tijd om te horen hoe mensen de oefeningen ervaren hebben.

  1. Bespreken van de uitdaging

Bespreek aan het einde van de avond welke uitdaging je wilt aangaan in de periode tot de volgende avond. Aan het einde van elk hoofdstuk staat steeds een uitdaging die te maken heeft met gewoontevorming. Probeer mensen te motiveren om steeds iets hiervan uit te proberen en daarnaast ook een kleine uitdaging op te pakken rond het gebed. Dit stimuleert een leven van openheid naar God (biddend leven) en openheid naar de omgeving (hoop verspreiden).

7. Tussen de avonden

Het kan wel eens voorkomen dat je in een groepsgesprek iemand iets hoort zeggen waarbij je het gevoel krijgt dat er veel meer achter de opmerking zit. Als je een beetje affiniteit hebt met geestelijke begeleiding of pastoraat, kan je mensen tussendoor eens bellen of een mail sturen. Je kunt iets zeggen in de trant van: ‘Ik had de indruk dat er tijdens het gesprek bij jou wat diepere dingen geraakt werden. Ik weet niet of dat klopt, maar mocht je ooit eens een luisterend oor nodig hebben of er over willen doorpraten… weet dan dat ik dat graag voor je zou doen.’ Veel mensen waarderen de persoonlijke aandacht en voelen zich door zo’n opmerking gezien, zelfs als mocht blijken dat je inschatting van wat er gebeurde niet klopte.

 

 

 

 

Heb je vragen over 'Tafelgesprekken voor denkers' of wil je graag toegerust worden om een cursus te geven, mail dan naar Leren in de kerk!

Gert-Jan Roest

info@lerenindekerk.nl