Introductie op Belong

ONS AANBOD

Voor wie?
Het materiaal van Belong is bedoeld voor tienergroepen in de kerk, met een focus op de gemeenschap en leefwereld van de tieners. Omdat het materiaal gericht is op geloofsinhoud én groepsvorming is het zowel geschikt voor tienercatechese als tienerclubs, of een combinatie van beide.  

Hoe?
Omdat tieners een boekje als schools ervaren en jeugdleiders graag hun eigen draai aan een methode willen geven, is er gekozen voor een online aanbod. Je bereidt het programma voor door in een online formulier aan te vinken welke opdrachten, werkvormen of vragen je wilt gebruiken voor jouw groep. Dit op maat gemaakte programma kun je opslaan, uitprinten en gebruiken als handleiding bij de bijeenkomst. Zo krijg je van ons input, maar bepaal je zelf wat je hiervan wel of niet gebruikt. De tieners krijgen geen eigen boekje. Jij geeft opdrachten, stelt vragen en legt uit. Daardoor zijn de bijeenkomsten dynamisch. Er is bij elke bijeenkomst een PPT met filmpjes die je kunt gebruiken en aanpassen naar je eigen programma. Waar nodig zijn er bijlagen om uit te printen voor de tieners.

Om de materialen te kunnen inzien en op maat maken heb je een abonnement nodig. Je kunt kiezen uit twee abonnementsvormen:
  • Individueel abonnement voor elke groepsleiding - hierbij betaal je per bijeenkomst 1 credit en kun je kiezen uit basale of uitgebreide abonnementen.
  • Gemeenteabonnement - hierbij betaalt de kerk een vast bedrag en kan iedereen in de gemeente onbeperkt materialen inzien en downloaden met dezelfde inlogcode.
Op de pagina Abonnementen lees je meer over de mogelijkheden en kosten.


Wat?
Belong bestaat uit modules en losse bijeenkomsten. Dat geeft de jeugdleider de flexibiliteit om aan te sluiten bij de wensen van de groep en bij wat er leeft. Je gebruikt bijvoorbeeld zes bijeenkomsten van de module over bidden, daarna een losse bijeenkomst over rouwverwerking (omdat er een bekende is overleden) en dan ga je zeven bijeenkomsten aan de slag met de module over andere religies (omdat je daar vragen over hebt gehad). Uit het aanbod van modules en losse bijeenkomsten stel je zelf je jaarprogramma samen.

Om je op weg te helpen vind je hier een aantal voorbeelden van jaarprogramma's.

Elke bijeenkomst bestaat uit een aantal vaste onderdelen:
  1. Chillen – Inloop, kletsen, bijpraten
  2. Flashback – Terugpakken vorige bijeenkomst
  3. Lancering – Introductie op het thema
  4. Het Woord – De Bijbel induiken
  5. Retour – Terugkijken, kort herhalen
  6. Uitstrekken – Thuisopdracht, aan de slag in je dagelijks leven
  7. Connect – Activiteit gericht op relatie
  8. Chillen – Napraten, tijd voor elkaar nemen
Binnen deze onderdelen kun je kiezen uit verschillende werkvormen. En natuurlijk kun je er ook voor kiezen om bepaalde onderdelen over te slaan of anders in te vullen.  

ONZE VISIE

Traditioneel ligt het zwaartepunt van geloofsleren bij de tienerleeftijd. Dit is eigenlijk best bijzonder, want tieners en kennisoverdracht zijn geen ideale combinatie. Het herhalen en opdoen van kennis past veel beter bij jongere kinderen (8-11 jaar). Met tieners kun je beter focussen op andere vormen van geloofsleren. En ook na je 18e heb je als gelovige nog een hoop te leren…
Daarom pleiten wij voor een andere aanpak:
  • Het opdoen van bijbelkennis en inzicht in bijbelse lijnen past het beste bij de leeftijd 8-11 jaar (hiervoor bieden wij Spoorzoeken in Bijbel). Verdieping van bijbelinzicht en geloofsleer passen goed bij de leeftijd van 18+ (daarvoor vind je op deze site OPEN | Ontdekkend bijbellezen voor jongeren).
  • In de tussenliggende tienertijd leg je de focus op de levensvragen die voor tieners relevant zijn en die koppel je aan de geloofsleer.
  • Geloofsleren is een proces dat zich afspeelt van 0-100 jaar. Kerken hebben idealiter een leerplan voor alle leeftijden. Daarmee haal je de druk van de ketel voor het tienerwerk; niet alle geloofskennis hoeft in die paar jaar opgedaan te worden.

De basis
De zoektocht van tieners kun je samenvatten met deze vier vragen: Wie ben ik? – Waar hoor ik bij? – Hoe doe ik ertoe? – Wat geloof ik zelf? Eigenlijk alle issues van de puberteit zijn tot deze vragen te herleiden. Dat hebben wij als uitgangspunt genomen voor wat wij op tieners willen overbrengen:
Volmaakte Onvolmaakte
Wie ben ik?
Identiteit
Jij bent Gods geliefde kind Jij bent tot kwaad in staat,
maar God is genadig
Waar hoor ik bij? Gemeenschap Jij bent onderdeel van de gemeenschap van gelovigen Wij maken fouten,
maar we aanvaarden elkaar
Hoe doe ik ertoe? Vaardigheden Jij hebt gaven en liefde gekregen
om uit te delen
Jij schiet tekort en je faalt,
maar God werkt door jouw zwakheid
Wat geloof ik zelf? Oriëntatie Jij hebt verstand gekregen en een verlangen naar God Jij kunt het geloof niet vatten,
maar de Geest inspireert je


Vier vragen
In de Bijbel spelen deze kernvragen een grote rol (zonder letterlijk genoemd te worden). De eerste vragen die God de mens stelt zijn: Adam, waar ben je? en Waar is Abel, je broer? Dit zijn vragen naar de identiteit van mensen en naar hun samenhang met en verantwoordelijkheid voor hun omgeving. In het materiaal van Belong besteden we aandacht aan deze vier aspecten van geloofsleren:
  • Identiteitsontwikkeling – Niet alle geloofskennis komt aan bod (daar heb je gelukkig nog je hele leven voor), maar wel de basale vragen: Wie ben je in Gods ogen? Hoe mag je naar jezelf kijken? Waar kun je terecht met je fouten? Deze vragen hebben te maken met kernbegrippen als liefde en genade.
  • Gemeenschapsvorming – Het contact met de groep, als kleine vorm van de grotere gemeenschap, is heel belangrijk. Hier kunnen ze oefenen in gemeenschap en leren ze elkaar vast te houden. We besteden veel aandacht aan gezellige elementen die de groepsband versterken. Niet omdat we het willen ‘opleuken’, maar omdat gemeenschap een belangrijke bijbelse notie is die voor tieners ook nog eens in een sterke behoefte voorziet. Binding met jeugdleiders en leeftijdsgenoten in de kerk is belangrijk voor de geloofsontwikkeling. Daarom is investeren in relatie op deze leeftijd nodig en goed.
  • Ontwikkelen van vaardigheden – Om van betekenis te zijn in het leven heb je vaardigheden nodig. En die leer je door te doen. Doen en ervaren zijn belangrijke leermiddelen voor tieners. We praten dus niet alleen over bidden, we gaan het ook samen doen. We oefenen in barmhartigheid en in dienen in de gemeente. Practice what you preach! Zo kunnen de tieners ervaren dat ze ertoe doen. De puberteit is geen wachttijd. Belijdenis doen is geen examen om mee te tellen. Nee, tieners kunnen nu al van betekenis zijn!
  • Oriëntatie op geloven – Als tiener neem je niet zomaar meer over wat je ouders vinden en geloven. Je gaat leren om een eigen mening te vormen. Ook over geloofszaken. Om de tieners te helpen in hun zoektocht laten we hen kennismaken met verschillende opvattingen, stromingen en religies. Ze hebben vrijheid nodig om zelf te kunnen nadenken en hun eigen weg te zoeken. Tegelijk hebben ze daarvoor wel betrouwbare informatie nodig. Het is goed om te beseffen dat wij de tieners geen geloof kunnen geven. Ook zij zelf zijn niet in staat om de rijkdom en waarde van het geloof in te zien als de heilige Geest hen daar niet van overtuigt. In het loslaten van de dwang om te geloven kun je je als tienerleider vasthouden aan het vertrouwen op de Geest die geloof wil geven!

Twee invalshoeken
Deze basale vragen kun je vanuit twee invalshoeken bekijken:
  • Het volmaakte: God heeft de wereld en de mens geweldig mooi gemaakt. Hij overlaadt de schepping dagelijks met zijn liefde. En Hij geeft mensen aan elkaar als een opbouwende, warme gemeenschap. De mensen ontvangen zoveel van Gods liefde dat ze die weer kunnen uitdelen in hun omgeving. God geeft de mens gaven om, passend bij hun persoonlijkheid en situatie, van betekenis te zijn. En Hij geeft mensen verstand om na te denken en een verlangen naar Hem.
  • Het onvolmaakte: Het kwaad is aanwezig in de wereld en in de mens. Mensen zijn geneigd om zichzelf de eerste plek te geven, te overschatten of te onderschatten. Mensen schieten tekort in liefde en kwetsen elkaar. De gemeenschap is niet zo liefdevol als ze zou moeten zijn. Mensen voelen zich onzeker en onbekwaam om er te zijn voor anderen. Ze falen en zijn zich soms niet eens bewust van hun gaven en de kracht die in hun zwakheid werkzaam is. Ze gebruiken hun verstand niet zoals God het bedoeld heeft en vullen hun hart met dingen die het verlangen naar God overschreeuwen. Dat is heftig, maar in de vier 'maars' zie je de hoop doorschemeren. Juist het onvolmaakte wijst ons op wat God voor ons doet.
Beide invalshoeken zijn nodig voor evenwichtig jeugdwerk. Als je alleen de eerste kolom aandacht geeft krijg je verwende gelovigen die teleurgesteld zullen raken in de realiteit, de gemeenschap en in zichzelf. Ze beseffen niet hoezeer ze Gods genade en zijn heilige Geest nodig hebben. Benadruk je alleen het onvolmaakte dan verlies je de vreugde over en het vertrouwen in Gods liefde. Daarom geven we deze twee invalshoeken steeds een plek in het materiaal van Belong.

Wij wensen jou gezegende bijeenkomsten toe met je tieners! We zijn altijd benieuwd naar je ervaringen en tips, dus mail ons gerust.

Daniël Kehanpour – auteur
Ingrid Plantinga – projectleider en auteur
info@lerenindekerk.nl